Hallo allemaal,
Dit is de eerste post van “Een verhaal in 10 weken”, een online cursus om je te helpen in tien weken tijd een kort verhaal van 2500 woorden te schrijven. Van idee tot redactie: stap voor stap leer je de belangrijkste technieken die je nodig hebt om je verhaal levendig, meeslepend en spannend te maken.
Als lekkermakertje is deze eerste lestekst voor álle abonnees van “Schrijven met Ouariachi” te lezen. Wil je de cursus verder blijven volgen? Neem dan snel een betaald abonnement voor €5,- per maand. (Voor de komende tien weken ben je dan dus in totaal €15,- kwijt — zo goedkoop vind je nergens een schrijfcursus!)
Zo zien de komende tien weken eruit:
• Week 1: Het Ideeënreservoir
• Week 2: De Psychologie van Personages
• Week 3: Scènes schrijven I
• Week 4: Plot
• Week 5: Beschrijvingskunst I
• Week 6: Dialoog
• Week 7: Beschrijvingskunst II
• Week 8: Scènes schrijven II
• Week 9: Thema's en motieven
• Week 10: Redigeren
Week 1: Het Ideeënreservoir
Over inspiratie denk ik nogal nuchter.
Als professionele schrijver krijg je met een zekere regelmatig verzoeken om een tekst te schrijven — een kort verhaal, een essay, een column. Als je toezegt, dan moet er dus ook geleverd worden. Deadline is deadline, of je nu inspiratie hebt of niet.
Het devies is dus domweg: aan het werk.
Eén idee is niet genoeg. Je hebt een heel reservoir nodig om uit te kunnen putten wanneer je echt aan het schrijven slaat. Maar hoe doe je dat, ideeën verzamelen?
In aflevering #1 van de “Schrijven met Ouariachi”-nieuwsbrief beschreef ik de beginfase van mijn roman Vertedering. Ik wilde slechts wat vingeroefeningen doen en nam me voor twee korte verhalen te schrijven: eentje in een heel kale, ‘Hollandse’ stijl en eentje in een alle kanten op waaierende, exuberante stijl. In aflevering #1 kun je lezen hoe die twee stijlrichtingen tot ideeën leidden. Oftewel: hoe je vanuit een vorm tot inhoud kunt komen.
Je zou eens wat openingspassages van je favoriete schrijvers kunnen herlezen, het liefst van korte verhalen, om inspiratie op te doen. In wat voor stijl zou je zelf een verhaal willen schrijven?
Hieronder volgen twee opdrachten die je helpen je ideeënreservoir te vullen.
Opdracht A
Koop een notitieboekje.
Niet om interessant te gaan zitten doen in een hipsterbar, maar omdat een notitieboekje volgens mij echt de beste plek is om je ideeën te verzamelen.
“Maar ik heb toch een smartphone?” Ja, daar kun je natuurlijk óók aantekeningen op maken. Maar zul je zien: pak je je telefoon om een idee te noteren, zie je op je beginscherm dat er een belangrijk appje is binnengekomen dat je echt eerst even moet lezen. Zodra je het gelezen en beantwoord hebt, ben je je inval vergeten. Of waarschijnlijker nog: je vraagt je af waarom je überhaupt je telefoon tevoorschijn haalde.
Noem me ouderwets, maar als je serieus en geconcentreerd aan het werk wilt, is het beter om even offline te gaan. Ik kom daar op Dag 3 nog wat uitgebreider op terug.
Zorg voor een boekje dat je makkelijk overal mee naartoe kunt nemen. Zelf heb ik een voorkeur voor de fraaie boekjes van Leuchtturm1917: ongelinieerde, genummerde pagina’s, twee leeslinten, fijn papier. Maar een goedkoop ding van de Hema werkt natuurlijk net zo goed.
Koop er wel een mooie pen bij. Wat je met een BIC-balpennetje produceert, ziet er zo onooglijk uit, dat de inhoud van je tekst er ook meteen een beetje lelijk van wordt. Het hoeft heus geen peperdure vulpen te zijn, maar een goede gelpen of fineliner doet al wonderen op de pagina (als ik geen vulpen mee van huis heb genomen, zit er altijd wel een Uni-Ball EYE in mijn jas of tas).
Opdracht B
Verzamel ideeën en schrijf ze op in je notitieboekje.
De komende dagen gaan we verschillende manieren uitproberen om ideeën af te dwingen.
Vandaag stel ik voor: lees de krant. Of preciezer: lees de krant met oog voor conflict tussen twee of meer mensen. Wees niet bescheiden: je kunt best een notitie maken over Vladimir Poetin en Volodymyr Zelensky, de hoofdpersonages in een wrede oorlog.
Maar als je áchter het nieuws kijkt, wat zie je dan voor figuren? Hoe zitten ze psychologisch in elkaar? De ene is een oud-KGB-officier, de andere een voormalige komiek. Alleen al dat contrast is waanzinnig interessant, en zou je uiteindelijk kunnen omwerken naar een veel “kleiner” verhaal, een verhaal dat niets met politiek en oorlog te maken heeft, maar wel met een botsing van karakters.
Je kunt ook veel materiaal halen uit lokaal nieuws.
Hier lag vorige week een krantje van de gemeente Amsterdam op de mat. Op pagina 3 een artikel getiteld: “Nomineer een Amsterdammer van het Jaar”. In het artikel staat: “Die titel gaat naar kinderen, jongeren en volwassenen die de stad met een bijzonder initiatief een beetje mooier maken. Zonder daar iets voor terug te vragen.”
Ik dacht er een tijdje over na… mensen die iets goeds willen doen… waar zit het drama? Het drama zou kunnen zijn: iemand die iets goeds wil doen en precies het tegenovergestelde bereikt, ondanks zijn of haar geweldige intenties. Wat voor iets zou dat kunnen zijn? Je antwoord op die vraag kun je gebruiken als idee voor een verhaal.
Het gaat er dus om de juiste vragen te stellen bij het nieuws, te zoeken naar het verhaal áchter het nieuws.
Noteer minstens drie van zulke ideeën in je boekje onder de kop Dag 1.
Veel succes daarmee. Je kunt, als je het aandurft, je ideeën ook in het commentaar veld onder deze tekst plakken. Je zou zomaar eens stimulerende reacties van medecursisten kunnen ontvangen!
Ik meld me morgen opnieuw.
Jamal Ouariachi
Wat werkt het beste? De ideeën in de vorm van steekwoorden of van een paar zinnen? Dus eigenlijk, in hoeverre ga je het idee al vormgeven? Ik kon pas vandaag een boekje kopen met een goede pen dus loop nu al 1 dag achter.